Leviticus 26:36 NLD Desktop Wallpaper - En aangaande de overgeblevenen onder u, Ik zal in

Leviticus 26:36 NLD Desktop Background Pictures

Christian Desktop Wallpapers with inspirational Bible quotes on beautiful images and backgrounds. Download Leviticus 26:36 NLD computer desktop wallpapers with Bible verses and share with your friends and family on any social media platform. Bible verse pictures were created based on verses from Dutch Bible 1917 (NLD). The Holy Bible in Dutch translation is available in the Public Domain, which means that the Dutch Holy Bible is not copyright. (De Heilige Schrift 1917) Oude Testament, Nieuwe Testament. De Gansche Heilige Schrift, vervattende al de kanonije boeken des Ouden en Nieuwen Testaments.

Select Layout
Square Portrait Landscape 4K UHD

« Leviticus 26:35 (NLD)

Leviticus 26:37 (NLD) »

Leviticus 26:36 NLD

En aangaande de overgeblevenen onder u, Ik zal in hun hart een wekigheid in de landen hunner vijanden laten komen; zodat het geruis van een gedreven blad hen jagen zal, en zij zullen vlieden, gelijk men vliedt voor een zwaard, en zullen vallen, waar niemand is, die jaagt.

View New Tab

Social Share Icons

Leviticus 26:36 NLD desktop wallpapers are generated using nature scenery backgrounds and scenic photos.

Previous Verse
« Leviticus 26:35 (NLD)

Next Verse
Leviticus 26:37 (NLD) »

Leviticus 26:36 Bible Cross References

This cross-reference page section has been added with the hope of bringing in-depth meaning and understanding to the Scriptures. The cross references below can help identify similarities between Bible passages. The verses below have been identified in our system as verses related to Leviticus 26:36 NLD. Please click on any image below to navigate to that specific Bible verse page.

Ezechiël 21:7 (NLD) »
En het zal geschieden, als zij tot u zeggen zullen: Waarom zucht gij, dat gij zeggen zult: Om het gerucht, want het komt! en alle hart zal versmelten, en alle handen zullen verslappen, en alle geest zal inkrimpen, en alle knieen als water henenvlieten; ziet, het komt, en het zal geschieden, spreekt de Heere HEERE.

Jesaja 30:17 (NLD) »
Een duizend van het schelden van enige, van het schelden van vijf zult gij allen vlieden; totdat gij overgelaten wordt, gelijk een mast op den top van een berg, en als een banier op een heuvel.

Leviticus 26:17 (NLD) »
Daartoe zal Ik Mijn aangezicht tegen ulieden zetten, dat gij geslagen zult worden voor het aangezicht uwer vijanden; en uw haters zullen over u heerschappij hebben, en gij zult vlieden, als u iemand vervolgt.

Ezechiël 21:12 (NLD) »
Schreeuw en huil, o mensenkind, want hetzelve zal zijn tegen Mijn volk, het zal zijn tegen al de vorsten van Israel; verschrikkingen zullen vanwege het zwaard bij Mijn volk zijn; daarom klop op de heup.

Ezechiël 21:15 (NLD) »
Ik heb de punt des zwaards gezet tegen al hun poorten, opdat het hart versmelte, en de aanstoten vermenigvuldigen; ach, het is toegemaakt, opdat het glinstere, het is ingewonden om te slachten.

Jesaja 7:2 (NLD) »
Als men den huize Davids boodschapte, zeggende: De Syriers rusten op Efraim, zo bewoog zich zijn hart en het hart zijns volks, gelijk de bomen des wouds bewogen worden van den wind.

Jesaja 7:4 (NLD) »
En zeg tot hem: Wacht u, en zijt gerust, vrees niet, en uw hart worde niet week, vanwege die twee staarten dezer rokende vuurbranden; vanwege de ontsteking des toorns van Rezin en der Syriers, en van den zoon van Remalia;

Spreuken 28:1 (NLD) »
De goddelozen vlieden, waar geen vervolger is; maar elk rechtvaardige is moedig, als een jonge leeuw.

Job 15:21 (NLD) »
Het geluid der verschrikkingen is in zijn oren; in den vrede zelven komt de verwoester hem over.

2 Kronieken 14:14 (NLD) »
En zij sloegen alle steden rondom Gerar; want de verschrikking des HEEREN was over hen; en zij beroofden al de steden, omdat veel roofs in dezelve was.

2 Koningen 7:6 (NLD) »
Want de HEERE had het heir der Syriers doen horen een geluid van wagenen, en een geluid van paarden, het geluid ener grote heirkracht; zodat zij zeiden de een tot den ander: Zie, de koning van Israel heeft tegen ons gehuurd de koningen der Hethieten, en de koningen der Egyptenaren, om tegen ons te komen.